Als je 's nachts in je bed choreografieen ligt te maken voor je lessen van de volgende dag, omdat je overdag geen tijd hebt gehad, dan gaat er iets niet goed. Dat besef ik nu. 's Nachts moet je slapen. Ik vond slapen altijd zonde van mijn tijd en deed er dus alles aan om mijn welverdiende nachtrust te saboteren. En als ik toch wakker lig, dan kan ik mezelf net zo goed nuttig maken, dat spaart weer een hoop tijd uit voor overdag.En dan die lat die altijd hoog ligt, héél hoog. Het is nooit goed genoeg. Dit zorgt dan weer voor veel druk bij het maken van nieuwe stukken en voorstellingen.
Er zijn periodes dat mijn hoofd 24 uur per dag bezig is en dat ik echt gek word van mezelf. Naast mijn werk en daar uizonderlijk goed in willen zijn, wil ik ook dat thuis alles goed loopt, wil ik ook elke avond gezond en vers eten en bedenk ik daarnaast ook nieuwe projecten en bezigheden, omdat ik anders niet al mijn creativiteit kwijt kan. Als ik het zo opschrijf, klinkt het een beetje dwangmatig allemaal en misschien is het dat ook wel.
Toch heb ik dit van huis uit niet meegekregen. We waren een vrij gewoon gezin, moeder was thuis voor de kinderen en vader ging elke dag met de trein naar zijn werk. Studeren was niet echt vanzelfsprekend. Zo kwam het dat ik al op jonge leeftijd ging werken. Wel voelde ik altijd de drang om mezelf te bewijzen. In alle baantjes die ik vroeger heb gehad, werkte ik mezelf omhoog tot een betere functie en meestal wilde ik na 3 á 4 jaar iets anders doen, omdat de uitdaging er dan af was. Ik was de perfecte werkneemster, deed altijd meer dan er van me werd verwacht en ik probeerde werkzaamheden altijd zo efficiënt mogelijk uit te voeren. Dans was daarnaast altijd een rode draad door mijn leven. Ik wilde toen ik 8 jaar was ballerina worden, maar mijn ouders wisten niet zo goed wat ze daar mee aanmoesten, dus bleef ik gewoon balletlessen volgen op de locale balletschool.
Toen ik ouder werd, ben ik me steeds meer gaan verdiepen in dans en werd ik gevraagd om in te vallen voor een dansdocent die met zwangerschapsverlof ging. Zo kwam van het een het ander. Natuurlijk achtervolgde mij altijd het feit dat ik niet gediplomeerd was, maar ik heb mezelf, zoals ik dat met alles deed, het vak tot in de puntjes eigen gemaakt en met succes. Toch is er altijd iets blijven knagen... Het mezelf moeten bewijzen zit diep geworteld. Dat geldt overigens niet alleen voor mijn beroep, maar eigenlijk voor alles wat ik doe. Als iets mislukt of als ik iets niet volhoud, dan voel ik me echt een loser... Daar loop ik natuurlijk niet mee te koop, want daar ben ik dan weer te trots voor :-)
Toch denk ik dat er velen zijn zoals ik. Als juf in een balletschool word je al snel een soort van vertrouwenspersoon, maatschappelijk werker, of hoe je het ook noemen wilt. Elke week hoor je nieuwe verhalen van leerlingen, ouders of docenten die op bepaalde momenten struggelen met het leven. De adviezen die ik dan geef, hadden kunnen voorkomen dat ik een burn-out zou krijgen. Hoe ironisch kan het leven zijn?Wat ik ook om me heen zie en merk, is dat veel mensen op zoek zijn naar een stukje erkenning. Erkenning om wie je bent of wat je doet, draagt bij aan hoe je jezelf ziet. Ik dacht altijd dat ik erkenning van buitenaf niet nodig had, maar niets is minder waar. Ook ik heb erkenning nodig. Niet zozeer voor wie ik ben, maar wel voor wat ik doe en als je op een bepaald moment het gevoel krijgt, dat wat je doet wordt gezien als vanzelfsprekend, dan ga je nog harder werken en de lat nog hoger leggen. Misschien is dat wel de basis van een burn-out?